De verdeeldheid in onze maatschappij is te groot geworden. Dat geeft onrust en ontevredenheid. In een zo welvarend land als Nederland is de toenemende verdeeldheid te keren als de politieke wil daartoe bestaat. Die wil is er zeker bij de PvdA.
Kenmerken sociaaldemocratische samenleving
Joop den Uyl schreef het ruim 40 jaar geleden al: een democratisch-socialistische samenleving wordt gekenmerkt door:
Ik wil dat voor 2 groepen in de samenleving toelichten: mensen met een beperking en ouderen. In voorgaande jaren heb ik mij – samen met anderen – veel bezig gehouden met de problematiek van beide groepen.
We staan er zelden bij stil: ongeveer 1 op de 8 inwoners heeft een zodanige beperking dat alleen al daardoor het volwaardig meedoen aan de samenleving door hen moeilijker is. We hebben het dan over inwoners met een lichamelijke, verstandelijke en/of psychische beperking.
Zij krijgen doorgaans wel hulp, zorg en hulpmiddelen, zodat zij toch in meer of mindere mate mee kunnen doen. De samenleving kan deze inwoners echter ook tegemoet komen door de hindernissen waar deze mensen mee van doen hebben, weg te halen of te verlagen. Dat blijkt toch een heel lastige opgave te zijn.
Maatstaf is de gezonde man van middelbare leeftijd
Hoe onze samenleving door de jaren heen is gevormd, is vaak afgeleid van de wensen en mogelijkheden van de gezonde man van middelbare leeftijd, die zich in het dagelijks leven goed kan redden. Daarbij wordt (om het mild uit te drukken) niet altijd voldoende rekening gehouden met de wensen en mogelijkheden van anderen. De beleidsmakers staan er vaak niet eens bij stil, tenzij iemand in de eigen familie- of kennissenkring een beperking heeft.
Taakstellend VN-verdrag Handicap
In het VN-verdrag Handicap staat dat mensen met een beperking hetzelfde recht op deelname aan de samenleving hebben als andere mensen. En – niet minder belangrijk – dat mensen met een beperking betrokken moeten zijn bij de voorbereiding en uitvoering van beleid, dat voor deze groep ingrijpende gevolgen kan hebben.
Het VN-verdrag is in Nederland ruim 5 jaar geleden van kracht geworden. Het toenmalige Tweede Kamerlid voor de PvdA, Otwin van Dijk, heeft daar een grote rol in gespeeld. Hij beweegt zich in een rolstoel voort en is – zoals we dat zijn gaan noemen – ‘ervaringsdeskundige’.
Gemeenten hebben een belangrijke, wettelijke taak om de letterlijke en figuurlijke drempels voor inwoners met een beperking zo veel mogelijk weg te nemen of te verlagen.
Een moeizaam proces
Een langdurig en moeizaam proces, zo blijkt. Het verbeteren van de toegankelijkheid van de samenleving voor inwoners met een beperking is bij veel gemeenten geen onderwerp, dat hoog op de agenda staat. Eén van de oorzaken is dat de inwoners met een beperking vaak geen machtsfactor van belang in de gemeentelijke politiek zijn. Het blijft echter noodzakelijk om regelmatig aandacht te vragen voor dit onderwerp, anders wordt het verdrongen door andere, actuele zaken.
Verbetering van de toegankelijkheid draagt bij aan gelijkwaardig deelnemen van alle inwoners en is dus bij uitstek een zaak waar de PvdA zich sterk voor maakt of behoort te maken.
De toenemende vergrijzing heeft grote gevolgen voor de samenleving als geheel. Neem alleen al het grote tekort aan werkenden, dat zich tegenwoordig openbaart.
Die gevolgen zijn onder andere beschreven in ‘Dit is geen Bejaardennota’, die in 2016 uitkwam. De nota was bedoeld om het onderwerp op de agenda te krijgen van de landelijke politiek. In die tijd was er nog weinig aandacht voor dit onderwerp.
Rol van ouderen in de sociaaldemocratie
Wat is volgens de sociaaldemocratie de rol van ouderen (vanaf de pensioengerechtigde leeftijd) in onze samenleving? Aan welke waarden hechten deze ouderen naast de waarden die vanuit het sociaaldemocratisch oogpunt voor alle mensen gelden?
Veel gehoord – ook van landelijke PvdA-politici – is dat ouderen na hun pensionering mogen gaan genieten van hun welverdiende rust. Als politici dan ook mee willen denken over hoe de situatie voor ouderen zo aangenaam mogelijk gemaakt kan worden, kan dat zeer gewaardeerd worden. De werkelijkheid is vaak anders.
De rol van gepensioneerde ouderen nu
De rol die gepensioneerde ouderen nu vervullen is duidelijk anders dan in de periode vóór het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. De ouderen beleven die veranderende rol natuurlijk zelf, maar ook de samenleving kijkt anders tegen ouderen na hun pensionering aan. Als je werkt tel je in de samenleving nu eenmaal meer mee dan wanneer je niet meer werkt en de gevolgen van het oud zijn merkbaar worden. Het betekent doorgaans een zeker verlies van aanzien van ouderen in de samenleving.
‘Emancipatie van ouderen’
Kenmerkend is dat in de PvdA heel lang niet over ‘ouderenbeleid’ gesproken mocht worden. Want het beleid geldt voor iedereen, zo was de redenatie. Gelukkig is dat verleden tijd, al mag er nog wel een tandje meer bij. Zeker als het gaat om de pensioenen, die al meer dan een decennia lang niet meestijgen met de koopkrachtverbetering van de werkenden.
Voormalig PvdA-minister Hedy d’Ancona vindt in een Socrates-lezing ‘Er is een land waar ouderen willen wonen’ (2017) de positie van ouderen in de samenleving zodanig, dat zij spreekt van de noodzaak tot ‘emancipatie van de ouderen’.
In de notitie ‘De plaats van ouderen in de sociaaldemocratie’ wordt een tiental waarden beschreven, die voor ouderen van belang zijn. Graag verwijs ik naar de notitie en hoop dat de PvdA deze waarden in ere houdt bij beleid, dat gevolgen heeft voor ouderen.
Ik ben voorzitter van de Werkgroep Ouderenbeleid PvdA Drenthe. Daarnaast was ik secretaris van de eind 2020 opgeheven Werkgroep Toegankelijkheid Drenthe.
Laatst bijgewerkt op 27 maart 2024